Wat zijn de elementen van een taal?

De belangrijkste elementen van een taal zijn er veel. De belangrijkste dingen zijn de zinsopbouw, de morfologie en de uitspraak (fonetiek).
Zinsopbouwen verschillen per taal erg vaak. Als we kijken naar de Engelse taal, dan ziet een zinsopbouw er als volgt uit:
“Every morning I walk to school.”
In het Nederlands ziet het er als volgt uit:
“Elke dag loop ik naar school.”

Je kunt hier al een verschil zien. In het Engels is de plaats van het onderwerp en het werkwoord bijvoorbeeld omgewisseld met die van het Nederlands.  Als we naar het Turks kijken zien we een ander verschil: “Ben her gün okula yuruyorum.”
De opbouw is hier als volgt: Onderwerp -  (elke dag)  -  lijdend voorwerp - werkwoord.
Deze opbouw is niet te vergelijken met die van het Engels en Nederlands. Zoals we hieruit kunnen concluderen, is de zinsopbouw die gebruikt wordt in een taal dus erg van belang.
Deze regels zijn de kern van een taal. Zonder deze regels is een taal nooit compleet en kan het zich niet onderscheiden van andere talen.

De morfologie is de leer van woordstructuur en woordvorming en richt zich op morfemen, kleine betekenis dragende eenheden in een woord. Deze morfemen, de morfologie, zijn de bouwstenen  van een taal die enige flexibiliteit kent. Een taal met morfemen is minder snel geneigd klanken te veranderen en zorgt zo voor stabiliteit.  De woorden hebben dus een vorm van elementen die vaker terugkomen. Deze stabiliteit is erg belangrijk om verbanden te zien in een taal, bijvoorbeeld bij het ontleden van onbekende talen.

Als laatste hebben we ook de fonologie ( van het Griekse ‘fonos’ = klank en ‘logos’ = woord), wat vooral spraakklanken inhoudt.  Bij fonologie houden we ons vooral bezig met het volgende: welke spraakklanken heeft een bepaalde taal en welke niet, welke lettergrepen kun je wel en niet met combinaties van die klinkers en medeklinkers vormen, waar hangt het van af wanneer op een bepaalde lettergreep de klemtoon ligt, welke omgevingen beïnvloeden de uitspraak van klanken, enzovoorts.

Fonologie concentreert zich dus vooral op de uitspraak en plaats van klanken. Laten we er voorbeelden bij nemen. In de Nederlandse taal komt eindklankverscherping voor.  In sommige  andere talen is dit ook het geval. De manier van uitspreken van klanken is dus van belang bij een taal. Dit is ook een manier waarop een taal zich onderscheidt van andere talen.